Banken komen maar niet af van hun beroerde imago. Net nu banken met vele miljarden euro’s overheidssteun er weer bovenop zijn gebracht, komen topbestuurders in het nieuws vanwege extra salarisverhogingen. Grote ophef is vooral ontstaan over de extra salarisverhoging van 100.000 euro voor de leden van de Raad van Bestuur van ABN. Waarom bestaat hierover zoveel verontwaardiging in de samenleving: bij politici, bij klanten en niet in de laatste plaats bij de medewerkers van deze bank?
ABN is nog niet zo heel lang geleden door de Nederlandse staat met belastinggeld overeind gehouden, doordat deze bank dreigde om te vallen door de wereldwijde financiële crisis en door mismanagement. Nog altijd is ABN een genationaliseerde bank, maar zou binnenkort in de aanbieding komen. De voorziene beursgang is echter uitgesteld, ondanks het gunstige economische tij en de nettowinst over 2014 van 1,1 miljard euro. Er zijn namelijk nog wat ondoorzichtige akkefietjes die eerst moeten worden opgelost, zoals witwaspraktijken en onduidelijke nevenfuncties van topfunctionarissen. Zaken kortom, die de betrouwbaarheid van de bank betreffen, nota bene een kernwaarde voor de integriteit van een bank. Bovendien zou de staat hierdoor aanmerkelijk minder van het geïnvesteerde belastinggeld terugkrijgen. In het Financieel Dagblad van 1 april jl. verklaarde minister Dijsselbloem de salarisverhoging voor de bestuursleden van ABN “juridisch te verdedigen, maar moreel is het slecht te begrijpen”. Een uitspraak waarbij ik even stil wil blijven staan.